“Vanaf Pian di San Martino volg je de borden naar Torriola.” Maurizio heeft de route aan me verteld. Ik ben onderweg naar La Torriola. “Prachtige appartementen middenin de natuur. Kleine farmhouses noem ik ze. Zonnebloemen, valleien en… Weet je wat: kom het zelf ervaren,” zei hij vanochtend. Via slingerweggetjes ga je omhoog door het dorpje Pian di San Martino. Maurizio’s stem klinkt in mijn hoofd. Soms blijf ik even stilstaan bij de groene valleien die schitteren in de zon. “Als de slingerweggetjes landweggetjes worden, zie je links een toegangspoort.” Ik ben er!
Volkomen beschut, naast een flinke strook lavendel, ligt het zwembad waar Maurizio me staat op te wachten. ‘Benvenuto!’ en samen lopen we rond over zijn terrein van 8 hectare. Telkens wil ik even stoppen: bij een mooi uitzicht over het oude stadje Todi of bij de ruime appartementen die inderdaad als kleine farmhouses aanvoelen met het onbewerkte hout, de open haard, de grote houten eettafel. Of nee, bij de ontelbaar veel olijfbomen of de tuin. “Wacht hier even,” zegt Maurizio als we onder het overdekte terras staan. Andere gasten drinken rustig een glaasje aan één van de tafels.
En dan komt Maurizio aanlopen met een fles olijfolie, rode wijn, wat hazelnoten en verse groente. “Voor jou. Zelf gemaakt op dit land.” Ik glimlach en wil het aanpakken. “Maar… dan moet je hier wel blijven.” Ik knik zo vaak als ik kan, want dat is allesbehalve een opgave.